19-03-2013

De dag dat Franciscus (de enige echte!) ziek werd in Barcelona



Toen de Argentijn Jorge Mario Bergoglio zich vorige week in Rome herdoopte tot Franciscus, werd hij voor conservatief Madrid prompt een halve Spanjaard. 
Bergoglio, zo redeneerde men,  mag dan Italiaanse roots hebben, zijn Spaanse wortels zijn bijna even sterk: Jorge spreekt de taal van het moederland en werd door Madrid geschoold tot Jezuïet. Goed, om een jarenlange studie ging het niet, maar de nieuwe paus stond 'tussen 1970 en 1971'  toch maar mooi ingeschreven bij het Colegio San Ignacio de Loyala in Alcalá de Henares (provincie Madrid).

In Barcelona bleef het stil. Valse bescheidenheid, te veel seny. Want de echte, de heilige Franciscus is van Barcelona.



Zwak, ziek en misselijk
Het begon allemaal in 1211 toen Franciscus van Assisi  zwak, ziek en misselijk aanklopte bij het eenvoudige ziekenhuis voor pelgrims dat stond op wat nu het Plaça del duc de Medinaceli is. Dankzij de goede zorgen van de ziekenbroeders was de toekomstige heilige weer snel op de been, op weg naar nieuwe goede werken.


De echte, de heilige Franciscus is van Barcelona
Exit Franciscus uit Barcelona? Integendeel, het was slechts het begin. Koning Jaume I was zwaar onder de indruk van het kortstondige verblijf van Franciscus in zijn stad. Hij wilde een daad stellen, al was het maar via het steenrijke huis van Montcada (die van het Picasso-Museumstraatje). Op vriendelijk doch dringend verzoek van de koning en de stedelijke raadslieden doneerden de Montcada-familie een flinke lap grond, pal naast het ziekenhuis. Daar verrees vanaf 1214 een wat eerst nog een bescheiden  convent was, het eerste van de Franciscanen in Spanje.

Het Convent de Framenors op de huidige kaart van Barcelona.

Latere uitbreidingen maakte van dit Framenors convent (van frailes menores, minderbroeders) het belangrijkste Franciscaner centrum  in Catalonië. In het 14 eeuwse Barcelona heette een van de vier stadsdelen zelfs het kwartier van de Framenors; de 150 minderbroeders konden de stad in en uit door hun ´eigen´ Framenorspoort; koningen en regeringsleiders werden  in het convent begraven en de Consell de Cent vergaderde er, tot de verhuizing in 1369 naar de Saló de Cent op het Plaça de Sant Jaume. 

 

Een van de Franciscus-schiderijen van Antoni Viladomat
Veel later, begin 18e eeuw,  schilderde Antoni Viladomat voor het klooster zijn 20-voudige ode aan Sint Franciscus, nu te bewonderen in het Nationaal Museum op de Montjuïc. Dat was ruim een eeuw voordat het Framenors-complex werd getroffen door wat soms het onvermijdelijke lot lijkt van Catalaanse kloosters en kerken: het werd door het eigen volk in brand gestoken.  

Of het complex wel of niet totaal afbrandde tijdens de bullangas (de volksopstanden van 1835), daarover verschillen de bronnen. De grote of kleinere resten vielen in 1838  in elk geval in handen van een andere 19e eeuwse ´kerkendoder´: Juan Álvarez Mendizábal, de met een aantal onteigeningswetten gewapende Spaanse minister van Financiën.


   

Lokale goden gaan in Catalonië vóór universele heiligen

Magazijnen
Het terrein van het Framenors-convent werd eerst verkocht aan particulieren en voor een deel bebouwd met opslagloodsen en  magazijnen. Pas later, vanaf 1848, begon een lang gevecht om de grond tussen de hertog van Medinaceli (nazaat van het huis van Montcada) en de Ramo de la Guerra (het Ministerie van Defensie van die tijd) in Madrid. 
Gobierno Militar, vlakbij het Columbus-standbeeld.

De uitkomst was voorspelbaar. Waar ooit de tuin was van de minderbroeders staat vanaf 1927 het enorme gebouw van de Gobierno Militar. De Medicanelis kregen een plein, dat eerder trouwens Plaça de Sant Francesc heette.


En Franciscus? Hem resten wat straatnamen. Van zijstraten. Behalve zijn plein werd hem ook zijn enige hoofdstraat afgenomen. De Dormitorio de San Francisco, de straat die vanaf de Ramblas langs de Gobierno Militar loopt, draagt sinds 1916 de naam van Josep Anselm Clavé, de God van de Catalaanse volksmuziek.  Lokale goden gaan in Catalonië vóór universele heiligen.


Het is ergens ook wel weer mooi,  al die onteigeningen, want vintage Franciscus:
De broeders mogen zich niets toeëigenen, geen huis, geen verblijfplaats, helemaal niets.
(Uit: Regel van de minderbroeders, hoofdstuk 6).














BCN BITES - kijk voor meer nieuws over Barcelona en Catalonië op onze Facebook pagina!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten